Fietsstad: de grote steden

Hoe scoren de 100.000 plus steden in de Fietsstadverkiezing?

In Nederland zijn er 31 gemeenten met meer dan 100.000 inwoners. Daarvan staan 8 gemeenten in de top 100. Dat is 26% van het totaal. De top 100 bevat 28% van de gemeenten. Dit is geen groot verschil. Ook de gemiddelde score (3,40) van de grote steden verschilt weinig van het algemene gemiddelde (3,41). Dus de eerste conclusie is dat ze het niet slechter doen.

Op welke factoren wijken de grote steden af van de rest?

De grote steden scoren op alle categorieën uit de enquête minder goed dan het algemeen gemiddelde. Daarnaast hebben ze een slechtere omrijdfactor. In de categorie 8-80 (hoe is het fietsen voor kwetsbare fietsers) scoren ze het slechtst. Door de drukte in steden kunnen kwetsbare fietsers niet goed fietsen. De Fietsersbond heeft hierin voorzien en het idee van de drie netwerken ontwikkeld.

Wel scoren de grote steden beter op de andere objectieve factoren:

  • Rotondes: Fietsers in de voorrang op rotondes
  • 50 km/u: de scheiding van fietsers op 50 km/u wegen
  • Stedelijke dichtheid: het aantal bestemmingen dat bereikbaar is
tabel2
26524976595_838480797b_w
Foto: Rob Huibers Smakkelaarsveld Utrecht Een wirwar van fietsers rijden bij het Smakkelaarsveld in Utrecht. Het punt is een van de drukste fietsroutes van Nederland, duizenden fietsers passeren de kruisingen.

Stijgers en dalers

De gemiddelde score van gemeenten ten opzichte van 2018 is minder goed. Van alle 31 grote steden is Enschede de enige die stijgt. Dat is 3%. Er zijn 20 stijgers op 355 gemeenten (6%). Dus de ontwikkeling van de gemeenten met meer dan 100.000 inwoners is minder goed dan van de andere gemeenten.

Ook zakken ze qua score met -0,34 gemiddeld meer dan het landelijk gemiddelde -0,29.

Aan welke factoren ligt dit?
Op alle enquêtecategorieën behalve de netwerkschaal zakken de grote steden meer dan het landelijke gemiddelde. Op de objectieve factoren scoren de 100.000 gemeenten beter dan het landelijk gemiddelde.

tabel1a
* De stedelijke dichtheid ontbreekt in deze vergelijking, die hebben we niet mee kunnen nemen vanwege grenswijzigingen.
29387103032_ce3c3101d3_w
Foto’s: Rob Huibers Voorstraat Utrecht

Conclusies

Op de drie vergeleken objectieve factoren is er verbetering ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Dat is een enorm goede prestatie: ze hebben bepaalde zaken goed op orde!

De 100.000 plus gemeenten scoren slechter op de enquêtecategorieën. De mening van fietsers in de grote steden is niet alleen negatiever dan in het algemeen, maar het wordt er ook niet beter op. Toch hoeven ze niet te wanhopen. Als ze meerdere netwerken maken, dan ontstaat er meer ruimte voor kinderen en ouderen.

Categorieën

daanvanderburgh

Daan van der Burgh

Projectmedewerker

Werkdagen: maandag, dinsdag, woensdag, donderdag