Actieplan fietsparkeren bij stations

De Fietsersbond dringt met klem aan op voldoende plekken en op garanties voor fietsers op het gebied van toegankelijkheid en kwaliteit.

Eind juni 2011 publiceerde minister Schultz een actieplan Fietsparkeren bij stations. De Fietsersbond had daar de afgelopen jaren met regelmaat op aangedrongen;  het actieplan is nodig om capaciteitstekorten in te halen en om een vernieuwende aanpak bij de grotere stations mogelijk te maken. De inhoud van het actieplan is echter op onderdelen onvoldoende.
De minister herhaalt in het plan dat er 107 miljoen euro beschikbaar is voor stationsstallingen (in het kader van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer en het project OV SAAL, de opwaardering van de spoorverbinding Schiphol – Amsterdam – Almere – Lelystad) en suggereert bij de begrotingsbehandeling nog eens 67 miljoen te vragen. Daarmee komt ze echter – ook als er wordt uitgegaan van 50% co-financiering door gemeenten en provincies – niet uit bij het volgens het adviesbureau Berenschot tot 2020 benodigde bedrag van 450 tot 650 miljoen euro. Dit bedrag is nodig om het totaal van de volgens de prognoses noodzakelijke 180.000 tot 260.000 extra plekken te financieren. De aanpak van de minister is daarmee niet robuust genoeg. Vooral in de grote steden, waar de stations ingrijpend worden verbouwd, dreigen er met de huidige budgetten en plannen volstrekt onvoldoende plekken te komen.

Altijd een gratis variant
De minister stelt verder dat de huidige verplichting om zowel gratis als betaalde plekken aan te bieden wat haar betreft vervalt. De Fietsersbond vindt dat ook in de toekomst altijd een goede gratis variant moet worden aangeboden. Dat kan op verschillende manieren:

  • door combinaties van gratis en betaalde plekken;
  • door alle plekken gratis aan te bieden;
  • of door alle plekken in gebouwde voorzieningen aan te bieden met een gratis stallingsduur van 48 uur en daarna betaling in te stellen.

De Fietsersbond vreest dat het uitsluitend aanbieden van betaalde plekken het fietsen naar het station zal ontmoedigen en dat fietsers de bus of de auto zullen nemen. Betalen is in strijd met het doel om meer men- sen te laten fietsen vanuit het oogpunt van leefbaarheid, gezondheid en milieu. Ook zal er rondom de stations een groot en duur handhavingsprobleem ontstaan in de openbare ruimte. De Fietsersbond vraagt de Tweede Kamer daarom expliciet te besluiten ook in de toekomst het aanbieden van een gratis variant landelijk verplicht te stellen. Om toch te komen tot een goede exploitatie van het fietsparkeren zou er vanuit de BDU-gelden een bedrag voor het fietsparkeren geoormerkt kunnen worden; ook een bijdrage van de NS zou een mogelijkheid zijn, het gaat immers om elementaire ketenvoorzieningen voor 40% van de klanten van dit bedrijf.

Actieplan Fietsparkeren foto 2

Decentraliseren?
Het voornemen van de minister is om na 2020 het fietsparkeren bij stations volledig te decentraliseren naar gemeenten en provincies. De Fietsersbond vindt het prima om de belangrijkste partijen (gemeente, NS, ProRail) samen te laten werken rond de stations onder regie van de gemeente, op basis van een duidelijke, integrale business-case. Het is echter beslist geen goed idee daarbij nationale inhoudelijke en financiële randvoorwaarden te laten vallen. Die randvoorwaarden zijn juist nodig om de gouden combinatie fiets en trein in stand te houden. Reizigers op het hoofdrailnet hebben daar recht op. Naast gratis plekken gaat het daarbij ook om:

  • openingsuren van de eerste tot de laatste trein;
  • het altijd aanwezig zijn van menselijk toezicht in beveiligde stallingen:
  • de kwaliteit van de fietsparkeervoorzieningen (FietsParKeur-norm).

Wanneer deze nationale randvoorwaarden worden geschrapt, kunnen gemeenten de goedkoopste oplossingen kiezen, door bijvoorbeeld de openingsuren te beperken en goedkope voorwielmoordenaars zonder aanbindmogelijkheid te plaatsen. De Fietsersbond zal bovenstaande punten met klem onder de aandacht van de Kamer brengen.
Samenvattend:

  • het Rijk moet op basis van cofinanciering met de decentrale overheden zo spoedig mogelijk voldoende middelen vrijmaken om de capaciteitstekorten weg te werken;
  • daarbij is extra aandacht nodig voor de tekorten bij de stations in de grote steden;
  • het Rijk moet ook in de toekomst bijdragen aan investeringen voor het fietsparkeren bij stations;
  • het Rijk houdt bij een vorm van decentralisatie van het fietsparkeren bij stations de taak om landelijke randvoorwaarden te formuleren en toe te zien op de naleving daarvan;
  • een belangrijke randvoorwaarde is dat er altijd voor een deel en/of voor een aaneengesloten maximale parkeerduur gratis plaatsen worden aangeboden.

Tekst: Wim Bot
Foto’s: Fietsberaad

Een uitgebreidere inhoudelijke reactie van de Fietsersbond op het actieplan Fietsparkeren bij stations kun je downloaden als pdf.

Actieplan Fietsparkeren foto 1

Plaatselijke ontwikkelingen
In verschillende plaatsen zijn er ondertussen volop ontwikkelingen gaande:

  • In Breda komt er mede naar aanleiding van berekeningen van de Fietsersbond over de noodzakelijke toekomstige capaciteit bij het nieuwe station een onderzoek naar de mogelijkheid om aan de centrumzijde alsnog een extra stalling te realisren. Een enorm succes!
  • In Arnhem is een deel van de nieuwe stalling bij het verbouwde station geopend; er zijn hier in het fietsparkeergebouw zowel betaalde als onbetaalde plekken; bijzonder is dat er in het betaalde gedeelte verschillende tarieven zijn. Tegen extra betaling kun je een vaste plek krijgen of je fiets weg laten zetten (valetparking). Voor een fiets met een inklapbaar stuur betaal je de helft.
  • In Utrecht zijn de plannen voor 22.000 plekken in gebouwen rond het centraal station voor  ov-gebruikers plus 11.000 plekken voor andere functies in het gebied in een vergevorderd stadium; over het betaalregime wordt aan het eind van het jaar een beslissing genomen. De plaatselijke afdeling van de Fietsersbond publiceert binnenkort een eigen rapport met een pleidooi voor zowel gratis als betaalde plekken en tariefdifferentiatie op grond van parkeerduur en kwaliteit.
  • In Delft overlegt de Fietsersbond met allerlei partijen (inclusief universiteit en hogeschool, werkgevers en studenten) over de beste oplossingen bij het nieuwe station om in de verwachte vraag te voorzien.
  • In Rotterdam maakt raadslid Arno Bonte van GroenLinks zich hard voor uitbreiding van het aantal plekken rond het centraal station.
  • In Den Bosch wordt de ondergrondse betaalde stalling uitgebreid met een gratis deel voor 2000 plekken, deels ter vervanging van bovengrondse plekken.
  • Bij het centraal station in Den Haag moesten abonnementhouders wegens een plotselinge verbouwing in de bewaakte stalling verhuizen naar de fietsflat naast het stationsgebouw, met kortere openingstijden en zonder toezicht. Nadat de Fietsersbond deze situatie aan de orde stelde, mogen fietsers die al weten dat ze later thuiskomen alsnog in de oude stalling parkeren.